een hypothese kan niet goed zijn tenzij het kan worden bewezen verkeerd

“dat (uw hypothese) is niet alleen niet goed; het is zelfs niet verkeerd.”- Wolfgang Pauli (Nobelprijs voor de natuurkunde, 1945)

een hypothese is de hoeksteen van de wetenschappelijke methode.

het is een gefundeerde gok over hoe de wereld werkt die kennis en observatie integreert.

iedereen begrijpt dat een hypothese testbaar moet zijn om enige waarde te hebben, maar er is een veel sterkere eis waaraan een hypothese moet voldoen.

een hypothese wordt alleen als wetenschappelijk beschouwd als er de mogelijkheid is om de hypothese te weerleggen.

het bewijs ligt in het kunnen weerleggen

een hypothese of model wordt falsifieerbaar genoemd als het mogelijk is een experimentele waarneming te bedenken die het idee in kwestie weerlegt. Dat wil zeggen, een van de mogelijke uitkomsten van het ontworpen experiment moet een antwoord zijn, dat indien verkregen, de hypothese zou weerleggen.

onze dagelijkse horoscopen zijn goede voorbeelden van iets dat niet falsifieerbaar is. Een wetenschapper kan niet weerleggen dat een Visceaan een verrassingsgesprek kan krijgen van iemand die hij of zij al een lange tijd niet heeft gehoord. De verklaring is opzettelijk vaag. Zelfs als onze Visceaan geen telefoontje kreeg, kan de voorspelling niet vals zijn omdat hij of zij misschien een telefoontje krijgt. Misschien niet.

een goede wetenschappelijke hypothese is het tegenovergestelde. Als er geen experimentele test is om de hypothese te weerleggen, dan ligt het buiten het domein van de wetenschap.

wetenschappers genereren maar al te vaak hypothesen die niet kunnen worden getest door experimenten waarvan de resultaten het potentieel hebben om aan te tonen dat het idee onjuist is.

drie soorten experimenten voorgesteld door wetenschappers

  • Type 1 experimenten zijn de meest krachtige. Type 1 experimentele resultaten omvatten een mogelijk negatief resultaat dat de werkhypothese zou vervalsen of weerleggen. Het is het een of het ander.
  • Type 2 experimenten zijn zeer gebruikelijk, maar punch ontbreekt. Een positief resultaat in een type 2 experiment is consistent met de werkhypothese, maar het negatieve of nul resultaat heeft geen betrekking op de geldigheid van de hypothese omdat er veel verklaringen voor het negatieve resultaat. Deze vragen om extrapolatie en semantiek.
  • experimenten van Type 3 zijn die experimenten waarvan de resultaten in overeenstemming kunnen zijn met de hypothese, maar nutteloos zijn omdat, ongeacht de uitkomst, de bevindingen ook in overeenstemming zijn met andere modellen. Met andere woorden, elk resultaat is niet informatief.

formuleer hypothesen zo dat u ze kunt bewijzen of weerleggen door direct te experimenteren.

de wetenschap ontwikkelt zich door het uitvoeren van experimenten die mogelijk onze hypothesen zouden kunnen weerleggen.

verhoog de efficiëntie en impact van uw wetenschap door duidelijke hypothesen te testen met goed ontworpen experimenten.Voor meer informatie over de uitdagingen in de experimentele wetenschap, lees onze recensie van Richard Harris’ Rigor Mortis: How Sloppy Science Creates Worthful Cures, Crushes Hope, and waste Billions.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.